In het najaar 2022 richten we onze schreden nog eens naar Nederland. Meer bepaald Deventer in de provincie Overijssel. We raken onze wagen kwijt aan het station van Deventer. Vandaar zijn we snel in het centrum van Deventer meer bepaald op de Brink.
Daar verwijlen we een beetje. We bewonderen de Waag, de Wilhelmina fontein en de vele pittoreske cafeetjes/restaurants.
Na een lichte lunch in taverne de Goesting zoeken we de kade van de IJsel op.
Eventjes wandelen we langs de IJssel om daarna het Rijsterborghrerpark (oud paviljoen) door te wandelen.
Daarna gaat het opnieuw richting centrum van Deventer. Daar staan het moderne gemeentehuis, de Sint Nikolaaskerk (bergkerk), de Lebuinuskerk en de vele knusse winkelstraatjes op het menu.
Het is al donker als we taverne de Waagschaal buiten stappen en naar het station en onze auto stappen.
De kerstverlichting maakt dat we in goede moed afscheid nemen van Deventer. Dit pittoresk stadje heeft ons hart gestolen.
Na onze wagen op de park & ride Transferium Westraven geparkeerd te hebben nemen we de trein naar het centrum van Utrecht.
Van het Centraal station gaat het door het commercieel centrum “de Hooge Catharijne ” naar het Vredeburgplein dat we oversteken om het Zakkendragers steegje te bereiken. Een eerste van vele.
Nu krijgen we zicht op een aspect dat Utrecht uniek maakt. De “werfkelders’ . Utrecht wordt doorkruist door vele grachten. Aan deze grachten zijn er honderden werfkelders gebouwd. Waar deze vroeger dienden als losplaatsen en opslagruimtes zijn het nu eethuisjes, restaurantjes en andere tavernes voorzien van leuke terrasjes. Bij goed weer is het echt aanschuiven.
Via de Drakenburgstraat bereiken we nu “de Neude” een plein met terrasjes en het oude postgebouw. We steken ook dit plein over en in de Voorstraat bewonderen we het mooie “Huis de Coninck van Poortugael”.
De Kleine Slachtstraat brengt ons naar de knusse huisjes van het Margarethenhof.
Langs de Sintjanskerk wandelen we over het plein met aan de overkant de gebouwen van de Utrechtse Universiteit. Wat verder zit de heilige Willibrordus statig en stoer op zijn paard. Die heiligen vroeger waren geen “Theresakes” .
We kuieren verder en kijken verbaasd naar “de Krakeling”. Dit 17de eeuws gebouw is opvallend door zijn schuin geplaatste deur.
Een boogscheut verder staan we voor de Sint-Pieterskerk. Het is even opkijken als we merken dat we hier met Frans/Waalse hervormde kerk te maken hebben. De Franse teksten aan de ingang getuigen hiervan.
We wandelen verder door de Pieterstraat en daarna nog eventjes door de Kromme Nieuwgracht . Op het einde daarvan bevindt zich het statige Paushuize. Dit huis werd gebouwd op vraag van Adrianus VI de enige paus van Nederlandse afkomst.
Nu wandelen we het Lepelenburgpark door en komen zo aan het Bruntenhof met z’n mooi portaal. In de 17de eeuw werden deze kleine huisjes gebouwd voor behoeftigen.
Wij stoppen nu even om snel iets te eten op het terras van de Rechtbank.
Via smalle steegjes komen we aan het Catherijneconvent. Na dit religieus museum zigzaggen we verder om aan het Universiteitsmuseum te komen. We sluiten de rij musea af met het Centraal museum. Wil je ze allemaal bezoeken wordt het een meerdaagse wandeling. Door Corona zijn bezoeken voor ons uitgesloten.
Aan het kruistpunt bij de Beyerskameren volgen we de brede gracht.
We kuieren verder en langzaam maar zeker keren we terug naar het centrum.
Snel komen we in de schaduw van de Domkerk. Deze immense kerk is speciaal door het gegeven dat de hoge toren van het kerkschip gescheiden is. Zeer merkwaardig.
Om de tuinen achter de kerk te bereieken dienen we langs het “Huis Zoudenbalch”.
Deze tuinen zijn meteen het einde van onze wandeltocht. We rusten wat uit en geniet na van een fijne wandeltocht door het mooie Utrecht.
De universiteitsstad Leiden heeft tal van attracties om ons te verleiden tot een bezoek. Wij bezochten deze stad al meermaals (ik ben de tel kwijt). De sleutelstad (vanwege de sleutels in het stadswapen) charmeerde ons met haar pittoreske binnenstad. Zoals elke Nederlandse stad die zichzelf respecteert is Leiden doorweven met kanaaltjes. Er langs slenteren is van het leukste dat er bestaat. Leidse hofjes, de grachten (en vele bruggetjes), de vele muurgedichten, de Pieterskerk, de molen De Put en de Burcht zijn enkele van de vele bezienswaardigheden die de stad opfleuren. De universiteit voegt daar nog de geneeskundige tuinen Hortus Botanicus aan toe. Kortom ondanks de vele bezoeken hebben we ons nog geen moment verveeld in Leiden….
Damme het aantrekkelijk dorpje in de schaduw van het grote Brugge heeft zoveel te bieden. Boekendorp, historisch centrum met stadsomwalling, zijn horeca en omgeving. Ingebed in de polders en langs de Damse vaart gelegen maakt Damme een ideale startplaats voor fietsers en wandelaars. Wijzelf hielden het vorig jaar op 5 maart op een stadswandeling. Een overzicht:
Is Aalst vooral bekend voor zijn carnaval, dan is er op het einde van de zomer een driedaags festival dat evenzeer tot de verbeelding spreekt. CIRK! Aalst brengt ieder jaar, eind augustus, een boeiende mengeling van circusacts en straattheater. Het is een familiegebeuren dat klein en groot van de ene verrassing naar de andere leidt. Wijzelf (wonend in Erembodegem deelgemeenter van…) trachten er telkens heen te gaan. Van de jaargangen 2016 en 2019 hebben we een overzicht.
Vorig jaar, net voor corona, op 19 januari 2020 bezochten we Brugge. We bezochten de Rozenhoedkaai, de prachtige grote markt, het Minnewater, de reien en het Begijnhof. ‘S Avonds, in januari wordt het snel donker, genoten we van de prachtige verlichting die het allemaal bedekte met een mystieke mantel. Brugge is ook in de winter fantastisch om te bezoeken..
Het officiële begin van de zomervakantie, de riem ligt er bij velen al enkele dagen af. Na een ochtend met vrij veel zon begint het rond de middag wat te slabakken. Ondanks een dreigende lucht rijden we met de fietsen achterop naar Dendermonde. Op de site van toerisme Oost-Vlaanderen ontdekte ik de Scheldeverentochten. Heb de track gedownload en hem naar onzen Garmin Etrex legend geüpload.
Na snel de fietsen afgeladen te hebben zoeken we in Dendermonde de boorden van de Schelde op.
Vanop de dijk hebben we een mooi zicht op fiere Schelde.
We volgen enkele honderden meters de loop van de Dender. We komen juist op tijd aan het sluizencomplex om er te schuilen voor een fikse regenbui.
Maar de laatste druppels zijn nog niet gevallen of we zijn weer op weg. Langs de sluizen steken we de Dender over en zoeken weer de loop van de Schelde op.
Dit is de plaats waar Dendermonde haar naam heeft aan te danken.
Op deze oever van de Schelde hebben we nog nooit gefietst. We zijn dan ook prettig verrast als we op de Sint-Onolfsdijk dit beeld in een tuin zien.
Hier neemt men dan de tijd om wat bij te hinniken onder buren.
De plaatselijke tafelspringers.
We vorderen goed en komen ter hoogte van Appels ons eerste veer tegen.
Wij laten het veer aan ons voorbijvaren en fietsen verder. We verlaten de Schelde om via velden naar Wichelen te peddelen.
Ideaal om ons quota kappellekes te halen.
Sans gène.
Die hebben ons duidelijk in het vizier.
Deze Konikpaarden zijn minder nieuwsgierig en gaan hun eigen gangetje.
Wij volgen dit voorbeeld en trappen flink voort tot onze volgende ontmoeting. Ongeveer ter hoogte van Vogelenzang spotten we deze familie waterkiekens.
Deze prille Wichelaars genieten volop van de eerste verlofdag.
Na Wichelen richten we ons naar Schellebelle, telkens opnieuw geniet mijn tong van deze rollende dorpsnaam. Ook het regenwater, dat ons vorige dagen ten deel viel, zoekt zijn weg naar de Schelde.
In de Hekkergemstraat zien we deze “pottekesmarkt”.
Juist voor de Schelde en het veer fietsen we voorbij het parochiehuis ’t Veer. Half vier, tijd voor een lekker hapje bij een donker biertje en wit wijntje. Dit alles onder een doorbrekende zon.
Het overzetten gaat vrij vlot en opeen ik en een gij zijn we over.
Op de oever dit exemplaar. Het vroegere type overzetboot?
Schellebelle is niet alleen het Vlaams dorp met de mooiste naam, maar staat ook in de top tien van de Vlaamse dorpen met een kerk met vreemde naam. Kerk Sint-Jans Onthoofding.
Nu valt mijn euro, de mooie villa, die mij op bij het begin van onze tocht op de Sint-Onolfsdijk bekend voorkwam, is de achterkant van dit prachtig landhuis.
Eventjes bukken…
…en Dendermonde ligt opnieuw achter ons.
Deze schapen zoeken luwte in dit bosje op de Scheldedijk.
De route voert ons verder langs schilderachtige dorpjes zoals hier Hamme.
Dit groot gebouw zagen we al eens bij het fietsen van de pilleceynroute.
We zetten onze tocht verder richting Baasrode. De beste vissers staan aan ….
De dijken worden op meerdere plaatsen afgegrazen door schapen.
Wat sommigen aanzet tot de vreemdste toeren om ze op de sensor vast te leggen.
Anderen hebben dan weer meer oog voor dit kleurenpracht, dat pas goed tot zijn recht komt onder deze zomerzon.
Dan gaat de lens weer richting dit grazend paard.
Vlak voor het veer van Baasrode merken we deze opmerkelijke woning. Een huis met allures van een herenwoning midden in een veld.
Nog een flinke avondwandeling voor het slapengaan.
Vlassenbroek met het schilderachtige dorpskerkje is weer een hoogtepunt van deze tocht.
In tegenstelling met vorige gelegenheden stoppen we niet aan één van de vele cafeetjes of andere tavernes maar fietsen verder naar Dendermonde.
Onder een langzaam ondergaande zon zetten we de fietsen terug op het fietsrek. Waarna we wat moe maar zeer voldaan naar huis rijden. Onderweg hebben we het nog over deze tocht. Alhoewel deze tocht ons over een groot deel over bekend terrein voert is hij toch vol verrassingen. Als Scheldelandenaar misschien wat vooringenomen geef ik deze tocht een 9/10. Met 60km wat lang maar door zijn vlak parcours dan weer door de meesten onder ons te fietsen. Echt een bloemlezing van alle het mooie dat de streek tussen Schellebelle en Baasrode te bieden heeft.
Voor ik nog enkele links geef eerst de te volgen knooppunten als je vertrekt uit Schellebelle. Wij vertrokken in Dendermonde.
Voor het plannen van een fietstocht ga ik steevast bij volgende fietsliefhebbers langs:
Dj!no, zowat een buur, heeft een prachtig website met een immens aanbod.
Tour de Frans rijgt ook de knooppunten aan elkaar dat het een lieve lust is. Bij hem vind je een ongelooflijk aanbod.
Fietsen met de Familie de Koning is dan weer een leuke blog, alleen al voor de gezelligheid die deze blog uitstraalt surf je er heen. Dat je er verscheidene routebeschrijvingen vindt is leuk meegenomen.
Naar aanleiding van enkele city-trips schreef ik reisverslagen die ik via mijn blog “stefsoncitytrip” wereldkundig maakte. Ik haal ze tijdens deze eindejaarsperiode vanonder het digitale stof en breng ze onder bij de tweezame fietser. Veel gepeddel zal je er niet aantreffen maar wat nostalgie in deze winterperiode kan geen kwaad. Zo vlak voor het karnaval hier in Aalst losbarst, dit verslag over ons tweedaags verblijf in Den Bosch. Buiten dat het een prachtige stad is met mooie moderne architectuur, is vooral de bed and breakfast Bergmans ons bijgebleven. Lees maar.
Een opmerkelijke reportage in Vlaanderen vakantieland op TV1 en een week verlof maakten dat we woensdag, 9 april 2008, in Den Bosch kwamen aangereden. Via Antwerpen, Breda en Tilburg bereikten we de hoofdstad van de Nederlandse provincie Noord-Brabant. We parkeren ons in de binnenstad. Een voorbijganger zegt ons in het frans(met een zwaar accent) dat we daar niet kunnen parkeren zonder toelating(een soort vergunning voor de bewoners van de binnenstad). Dus wijken we uit en vinden langs de ring een plaatsje, dat weliswaar betalend is. Meteen vallen de vesten, die ‘s-Hertogenbosch vroeger tegen belegeraars moesten beschermen, op. Ook de imposante Sint-Janskathedraal trekt onze aandacht.
Een opmerkelijke reportage in We stappen even binnen in het café van het Theater aan de Parade. Een goede tas koffie en vervolgens duiken we de stad in naar het toerismebureau op zoek naar overnachting. Het plaatselijk VVV-bureau is in een mooi, oud pand gehuisvest. We worden er hartelijk onthaald, we krijgen een lijst met hotels en bed en breakfastformules. We opteren voor het laatste en komen zo bij B&B Bergmans in het Kruisbroedersstraatje terecht. Daar wordt opengedaan door de heer des huizes die eerst verrast is. Na een kort overleg met zijn vrouw kunnen we er blijven. We worden binnengelaten en kunnen onze spullen op de kamer zetten. Deze kamer is modern en met zeer veel smaak ingericht. Alles is er heel netjes. We wisselen wat informatie uit met de pensionhouders, heel lieve en behulpzame mensen. We parkeren, uit vrees voor inbraak, de auto in een betaalparking. Vandaar gaan we op ontdekkingstocht. Daar het inmiddels haast 17u is eten we een kleine hap en gaan dan naar de stationswijk. Achter het station zou het paleizenkwartier liggen. Veerle wil deze zeker bezoeken, dus niet gewacht. We lopen het station binnen en eens aan de overkant is de Van Landschottoren voorbode van wat er ons te wachten staat.
Inderdaad hier is een opmerkelijke mix van wonen en werken uitgewerkt. Vooral de Armada is indrukwekkend.
Na het maken van verschillende kiekjes en wat rondwandelen keren we terug naar de oude stad, die toch wel veel levendiger is.
Hier lopen her en der mensen, wordt er gewinkeld, eet en drinkt men op leuke terrasjes. Kortom s’Hertogenbosch is een zeer levendige en vooral gezellige stad. We wandelen verder over de markt naar de Hinthammerstraat.
Hier kuieren we voort, kijken naar winkels, vergelijken prijzen van restaurants en nemen foto’s.
Steeds is Jeroen Bosch, de kunstenaar uit de 16de eeuw aanwezig.
Zo gaat de tijd verder en stilletjes aan krijgen we zin in een stevige hap. We vinden een knus restaurant waar Veerle voor een vismenu kiest, ikzelf heb meer zin in vlees.
Nu keren we snel naar ons pension terug en al vlug liggen we onder zeil en slapen snel in.
Donderdagmorgend om 8u30 worden we aan het ontbijt verwacht. Wat we hier voorgeschoteld krijgen tart alle verbeelding. Verschillende soorten brood, gekookte eitjes een ongelooflijke verscheidenheid aan beleg, we zijn eventjes overweldigd. Na ’t ontbijt keuvelen we nog wat met mevrouw over haar prachtig interieur en krijgen tips voor ons verder bezoek aan Den Bosch. Eerst keren we terug naar het theater aan de Parade. We vermoeden dat Veerle er gisteren haar zonnebril vergat. Inderdaad de dame aan het onthaal tovert, na onze vraag, Veerles bril te voorschijn. Nu we er toch zijn nemen we de gelegenheid ten baat om de filmvoorstelling, over s’Hertogenbosh, te bekijken. Daarna bezoeken we de Sint-Janskathedraal.
Deze is ontzettend mooi, en de uitleg over de restauratie zeer boeiend.
Hierna verkennen we verder de binnenstad en mogen meemaken hoe een schipper van de rondvaart op de binnendieze les krijgt. We stellen ons kandidaat voor een proefvaart maar zijn te laat.
Zaterdag start de echte rondvaart die heel interessant lijkt. Onder het oog van een roofvogel picniccen we in een wat afgelegen parkje en
gaan daar na op zoek naar de Vercade-fabriek. Deze oude koekjesfabriek zou nu een theater en theaterschool huisvesten. Even voor het station slagen we rechtsaf en wat later komen we aan. We kijken wat rond, drinken iets in het cafétaria, nemen wat foto’s en keren terug naar ons pension.
Hier nemen we afscheid van het lieve koppel dat ons zo’n prachtig verblijf in hun pension bezorgden. Terug tot aan de auto en dan vertrekken we. s’Hertogenbosch is de moeite waar en het is nu al zeker we keren zeker terug.
Naar aanleiding van enkele city-trips schreef ik reisverslagen die ik via mijn blog “stefsoncitytrip” wereldkundig maakte. Ik haal ze tijdens deze eindejaarsperiode vanonder het digitale stof en breng ze onder bij de tweezame fietser. Veel gepeddel zal je er niet aantreffen maar wat nostalgie in deze kerstperiode kan geen kwaad. Vandaag ons wedervaren in Barcelona. Een stad die ons nauw aan het hart ligt, inmiddels kwamen we er al 6 keer.
Maandag 16 april 2007
Het is al vrij laat als we landen op El Brat de luchthaven die 10km buiten Barcelona ligt.
Het is reeds donker als we uit de bus stappen. Ondanks de duisternis bruist de “Plaça Catalunya” van al de mensen die er wirwar door elkaar lopen en de brede lanen oversteken. Het is even zoeken naar de Ramblas en het pleintje “Plaça Real”. Daar is ons Hotel Roma Reial. Het is een budget hotel te zijn. We laten er onze bagage achter en gedreven door een lege maag zoeken we een restaurant. Op de Ramblas vinden we een terrasje waar we iets eten.
Niet zo’n meevaller, vrij duur en niet echt lekker. Hierna keren we terug naar ons hotel, hier heerst een grote drukte. Blijkbaar is ons hotel ook uitgekozen door een school om er met haar leerlingen (tieners) te logeren. Desondanks liggen we snel onder zeil en soezen weg.
Dinsdag 17 april 2007.
Veerle heeft in de weken vooraf via internet een fietstour gearrangeerd bij Baya-bikes.
Samen met een Nederlands koppel volgen we een Nederlandse die ons, tegen alle verkeersregels zondigend, door Barcelona loodst. Na de kolom met Columbus,
passeren we langs de gebouwen van Gaudi, zien de Sagrada Familia
en stoppen even in een Parc de la Ciutadella
om een tas koffie te drinken. Snel daarna zijn we terug. We kuieren wat op de Ramblas en maken kennis met de verschillende levende standbeelden.
Om de 10 meter staat er iemand een tafereel uit te beelden. Dit vraagt nogal wat schmink- en verkleedwerk, maar soms zijn de resultaten verbazend.
Alleszins, zijn zij deel van de speciale sfeer die er op de Ramblas heerst. Daarna stappen we Mercat de la Boqueria binnen.
We worden hier overweldigd met een ongelooflijk aanbod van vers fruit en groenten. S’namiddags drentelen we langs de lieflijke straatjes van de gotische wijk
en komen op het Plaza de la Seu voor de Catedral de Santa Eulàlia. Daar is er juist een broddelmarkt aan de gang,
verder vrolijken verschillende muzikanten er de sfeer op.
Hier blijven we wat hangen en kuieren daarna verder door de smalle steegjes om weer op de grote lanen te komen. We steken de Plaça Catalunya over en gaan vitrines kijken op de Passeig de Gracia. Buiten de dure winkels zijn er de Casa Milà
en Casa Batlló,
twee prachtige gebouwen ontworpen door Gaudi. Hier ontmoeten we enkele Belgen die ons een restaurant, waar men voor een schappelijke prijs, lekker en vooral veel kan eten. Dus keren we terug naar ons hotel. Daar kleden we ons om. Opnieuw wandelen we langs de brede lanen en na een tijdje vinden we het restaurant. Inderdaad het is zeer schappelijk en lekker ook wel, maar vooral veel. Ons bord is nog niet leeg of er staat al iemand klaar om er een nieuw stuk vlees op te leggen. Welgevuld verlaten we dit eethuis en wat verder stuiten we op de Sagrada Familia. Deze mastodont ontsproten aan de briljante geest van Gaudi heeft s’nachts iets magisch.
We bewonderen een tijdje dit meesterwerk . Daarna nemen we de metro terug en zijn zo algauw in ons hotel. Hier overstemd na een tijdje een geronk het geluid van de onstuimige jeugd die met ons dit hotel deelt.
Woensdag 18 april 2008,
Vandaag moet de Montjuich er aan geloven. Aan de Columbus slagen we rechts naar het Passeig de Isabel II.
Wat later trekken kleurrijke grafitischilderingen onze aandacht.
Hier zitten echte parels tussen. Dan begint onze klim naar de top van Montjuich. Langs wat vervallen trappen, die ook als slaapplaats dienen voor de plaatselijke daklozen en soms een verloren toerist,
bereiken we de top. Hier hebben we een prachtig uitzicht.
Door een mooi park vol met monumenten keren we terug naar beneden. Na een lekker maal, wenden we nu de steven naar de jachthaven. Port Vell is een mooie, goed onderhouden jachthaven. Een houten voetgangersbrug leidt ons van de Ramblas tussen de aangemeerde boten naar het Maremagnum.
Hier zijn er verschillende atracties, waaronder een IMAX-theater en vooral het aquarium met 8000 vissen. Maar wat een sfeer, hier kuieren, een beetje rusten of op een bank een boek lezen zaaalig!!!! Nu zoeken we het strand van Barcelonetta op om langs daar het olympisch dorp te bereiken.
Half april liggen hier al talloze mensen te zonnebaden, de temperaturen zijn dan ook zomers. Geregeld staat er op het strand een kunstwerk, wat een apart gevoel geeft.
Barcelona blijft ons verassen. In de verte duikt Pez y Esfera op de fish-alike die aangeeft dat we het olympisch dorp naderen.
Dit dorp bestaat uit moderne gebouwen en is zowat het summum van architectuur in de jaren negentig. Langzaam duistert het en na een snelle hap, keren we hotelwaarts om er van een verdiende rust te genieten.
Donderdag, 19 april 2008.
Park Gruell, Veerle, fan van Gaudi, droomt al lang het park, ontworpen door de meester, te bezoeken. Nu is het zover. Na het ontbijt spoeden we ons naar de metro die er ons heen voert. Eerst dient er nog flink geklommen. Dan is het zover. Tussen twee met ongelooflijk veel fantasie ontworpen huizen treden we het park binnen.
Dan vallen we van de ene verrassing in de andere. Meer en meer moet ik Veerle gelijk geven Gaudi is een meester-kunstenaar. We genieten van de eerste tot de laatste seconde. Na dit boeiend bezoek dalen we terug naar het centrum. In een pittoreske koffiebar drinken we een lekkere tas koffie en gaan op zoek naar . Nogmaals een fenomenaal gebouw van Gaudi.
Anders, hoekiger maar daarom niet minder mooi. Veerle krijgt er niet genoeg van en tracht elk hoekje ervan te fotograveren. Een kerk, triomfboog
en enkele kunstwerken later
zijn we terug in ons hotel. We besluiten, voor onze laatste avond, te gaan eten in “la Crema et canella”
een leuk restaurantje vlakbij plaza real. Hier krijgen we voor weinig geld een lekker menu voorgeschoteld.
Zeer lekker eten voor een heel schappelijke prijs, nu begrijpen we waarom men hier aanschuift. Enkele glazen wijn brengen ons wat in een melancholische bui en we besluiten om langs de ramblas, nog eens naar de jachthaven te wandelen. Dit alles bij zomerse temperaturen 26° om 11u s’avonds. We genieten nog van de gezelligheid die zowel op de ramblas als rond de jachthaven heerst.
Eens terug in onze hotelkamer vallen we snel in slaap, morgen is het vroeg op.
Vrijdag, 20 april 2008.
Voor dag en dauw zijn we op en voor we het goed beseffen zitten we al in de bus op weg naar de luchthaven. Daar blijkt dat de incheckbalie, verandert is van vertrekhal. Maar we zijn toch op tijd om onze vlucht te halen. Met spijt zien we Barcelona onder ons wegglijden. Maar van één ding zijn we zeker, we keren terug! Dat dit nog hetzelfde jaar zou zijn konden we toen nog niet bevroeden.
Naar aanleiding van enkele city-trips schreef ik reisverslagen die ik via mijn blog “stefsoncitytrip” wereldkundig maakte. Ik haal ze tijdens deze eindejaarsperiode vanonder het digitale stof en breng ze onder bij de tweezame fietser. Veel gepeddel zal je er niet aantreffen maar wat nostalgie in deze kerstperiode kan geen kwaad. Vandaag ons wedervaren in Lissabon.
Een gelukkig 2012 aan ieder van jullie.
Zondag, 1 juli 2007
Om 5u30 stonden we al aan te schuiven voor de incheckbalie van Brussels Airline. Mooi op tijd en 2 uur later hangen we al in de lucht richting Lissabon waar we omstreeks 9u30 plaatselijke tijd, Portugal heeft blijkbaar geen zomeruur, aankomen. Met de Aerobus gaat het dan naar het centrum van Lissabon. Op de praça Marques de Pombal waren we even de weg kwijt, maar na wat zoeken kwamen we aan in ons hotel “P.Residencial Princesa”. Daar gauw onze bagage in de kamer gelegd en dan op verkenning naar Lisboa. Tijdens deze wandeling vielen er al direct enkele zaken op:
Sommige gevels zijn bezet met azulejos (typische Andalusische tegeltjes) andere zijn nogal verwaarloosd en nog anderen zijn een mix van beide.Verder is het steeds dalen of stijgen, vlak is het zelden, vraag het maar aan ons kuiten. Proper is het er ook niet, steeds moet je opletten om niet in een stro.. te stappen en nogal eens heb je het gevoel aan de grond te blijven kleven, zeer speciaal!!
Eens door de volkswijken komen we in het centrum waar grote pleinen, mooie oude gebouwen en standbeelden getuigen van een glorierijk verleden. Na vlug onze honger gestild te hebben bij een Chinees kuieren we verder door de steegjes en straatjes en genieten van mooie vergezichten op de Taag.
Oude pittoreske trammetjes fleuren het straatbeeld op en maken dat we ons voelen, alsof we in de tijd na de 2de wereldoorlog teruggekeerd zijn, misschien is dit wel een beetje waar!!
Stilletjes kruipt de vermoeidheid in onze leden en beginnen we naar een bed te verlangen dus klimmen (letterlijk) naar ons hotel om daar van een goede rust te genieten.
Maandag, 02 juli 2007,
Na een stevige nachtrust gaan we vandaag voluit. Eerst naar beneden en daarna terug omhoog naar de Castelo de São Jorge. Een fikse klim brengt ons naar het kasteel dat boven de stad uit torend, dit geeft dan ook prachtige vergezichten.We vertoeven er eventjes volgen enkele voorstellingen over Lissabon. Daarna dalen we terug af en gaan lekker eten in een zeer speciaal restaurantje “senhora mãe“.Het heeft iets heel apart en het eten wordt er creatief opgediend en is heel lekker. Dan besluiten we naar Belém met zijn verschillende kunstwerken te gaan. Daar we eerst de kust, waar er volop gebouwd wordt, vermijden komen we langs de Basilica de Estrella en het prachtige park ervoor. Even voor de immense hangbrug “Ponte de 25 abril“bereiken we de kustlijn.Deze brug is verbazingwekkend, daarna gaan we verder richting Belém (Portugees voor Bethlehem). Langs de haven(bitter weinig activiteit) komen we aan het wereldbekende monument Padrão dos Descobrimentos (monument der ontdekkingen), hier blijven we even om er foto’s van te nemen. Ietwat verder komen we dan bij het Torre de Belém een burcht juist aan de oever, toen het gebouwd werd was de Taag nog veel breder en lag het haast in het midden. Intussen is het al haast 19u en langs het maritiem museum, dat een prachtig gebouw is, gaan we naar een bus stopplaats. De eerste bus die we nemen is echter een verkeerde. Daardoor komen we langs de aquaduct, dat toch ook een bouwwerk is, dat de moeite waard is om te bekijken. De volgende bus brengt ons terug naar de rand van het centrum, dus hebben we nog een flinke tocht voor de boeg. Na een slaatje in een snackbar komen we aan in ons hotel waar we algauw liggen te slapen.
Dinsdag, 3 juli 07,
Vandaag gaan we sightseeën, in onze city-trip zaten er ook 2 tickets voor Lisboa city line. Met een gescalpeerde dubbeldeksbus rijden we rond. Laten we nu juist de meeste bezienswaardigheden gisteren al gezien hebben. Ook het weer is wat minder, bewolkt en fris. Kortom deze rondrit was direct geen hoogvlieger. We zagen wel de nieuwe arena waar er in de toekomst stierengevechten doorgaan. Een heel mooi gebouw, spijtig van de stierengevechten (ook al wordt de stier alleen verwondt en niet gedood). Aan het grote warenhuis El Corte Inglés stappen we af en gaan even shoppen. De honger slaat toe en we gaan op zoek naar ons restaurantje, doch dit blijkt gesloten en dan gaan we maar naar een klein eethuisje vlakbij de Castello, dit was echter een grote misser, slecht eten in een lelijk kader. Na een bezoekje aan de opgravingen van een oud romeinse vestiging en enkele verboden foto’s, keren we terug naar het centrum.Daar kuieren we wat rond en stuiten er op een buurmeisje uit Veerles jeugd Greetje. Deze bezoekt, samen met haar echtgenoot Pauwel en kinderen Marie, Rueben en Lucas, Lissabon. We trekken wat op met hen drinken samen een lekkere witte landwijn en vervolgen onze weg. Door het gezellig keuvelen zijn we wat de tijd uit het oog verloren en is het inmiddels weer de moment om te gaan eten. We vinden een ietwat deftig (versta stijf) restaurant “A Arte da Comida” maar waar de bediening gemoedelijk is en het eten heel lekker. Daarna weer de (calvarie)berg op om in ons hotel tot rust te komen en snel in te slapen.
Woensdag, 4 juli 2007,
Dit is dus de laatste dag. Na het eten maken we onze pakken en dragen die naar beneden. We nemen nog een foto van de ontbijtzaal en gaan er nog eens op uit. Via het centrum komen we Alfama, in deze volkse wijk valt de uitbundige versiering op. We kuieren nog wat door deze wijk en gaan daarna nog eens lekker eten in ons vertrouwd restaurantje. Door een babbel met de serveerster loopt het wat uit en wordt het haasten naar het hotel en daarna naar de luchthaven. Twee uur op voorhand (B-Light) komen we daar aan en stijgen op rond 20 uur, een half uur vertraging. Omstreeks middernacht landen we in Zaventem en door de diensten van Aalst airport co. zijn we snel thuis.