Junta de los Rios (verlof Andalusië juni 2010)

Woensdag 16 juni 2010

Stilaan komen de weergoden tot betere inzichten en krijgen we het klassieke Andalusische weer terug. We zoeken in de wandelmap van El Paraje naar een middellange tocht voor deze namiddag na de siësta. Junta de los Rios lijkt onze een goede keus. 8,5 km lan plus een km heen naar Bérchules en een km terug een 10km moet goed te doen zijn. Daarbij meldt de map ons dat het om een makkelijke tocht gaat met weinig hoogteverschil.

Onze Garmin geeft al zo’n 1,8km aan als we omstreeks 16u Bérchules verlaten langs de Calle del Agua.

De openbare wasplaats. Gezien het onkruid wat in onbruik.

Hier gaat de tocht over naar onverhard. Zo hebben ons botinnekes het graag.

Langzaam maar zeker gaat het hogerop.

Opnieuw vinden we een ronde dorsvloer op ons pad. Typisch voor de streek.

Maar het pad, stilaan wat ruwer, voert ons verder en hoger.

Al vrij hoog en ook hier worden groenten(tomaten en bonen) geteeld.

Op wacht tussen het puin en steengruis, is dit nu een Podenco Ibicenco of een Pharaohond alleszins een mooi beest.

Deze tocht is een “sendero local” deze paaltjes zijn een goede hulp. Lokale wandelingen zijn steeds groen-wit aangeduid. Kleine wandelroutes geel-wit, lange afstandsroutes “GranRecorrido” rood-wit.

Het blijft vlot wandelen, we schieten dan ook goed op en niet alleen met elkaar.

Ook hier klaprozen.

Getuige van een ver verleden.

Het pad dat wij bewandelen is een deel van de “Camino a Lanteira”. Dit is een bergpad ooit gebruikt door ezeldrijvers om groenten en fruit uit te voeren. Vandaar deze bouwvallige gebouwen.

Zelfde ruïne dichterbij maar andere hoek. In feite ligt er materiaal genoeg om de nodige herstellingen uit te voeren.

Kwestie van het hoofd koel en de voeten droog te houden.

Was het tot nu toe nog goed te doen dan verandert het karakter van onze tocht sterk. Door de vele regens dit voorjaar zijn hele stukken pad weggespoeld. Nu wordt heel goed oppassen.

Het pad nestelt zich langs het irrigatiekanaal.

Junta de los Rios, de Rio Grande en de Rio Chicho besluiten hier de bedding te delen.

We gaan nog even verder door…

…tot de Fábrica de los Moros een oude ruïne. Nog niet te veel jonge ruïnes gezien.

We zijn nu ver in het Parque Natural doorgedrongen en genieten volop van de massieve bergen rondom.

Ons oog valt op de zwarte bolletjes. Uitwerpselen!

De dader? De geiten lopen hier los hoe dat moet met melken en zo? Ik vraag het mij af.

Steeds weer die mooie gele bloemen.

Mos, klavers en kleine margrietjes een prachtig boeket.

Van bloemen gesproken.

Op verschillende plaatsen is het bergpad verdwenen en  meermaals moeten over smalle richels of losliggend gesteente. Soms vrij gevaarlijk. Deze boom heeft het bijltje bij neergelegd. Hij vormt zo een minder gevaarlijke hindernis maar vooral een moeilijke barrière. Eerst erover en daarna eronder gehinderd door de takken.

Eerst kunnen we onze ogen niet geloven.

De verse afdruk van een hoef, hoe geraakt men in godsnaam met een paard of muildier tot hier.  We kunnen met moeite geloven dat we hier zelf geraakt zijn. Blijkbaar zijn paarden en muildieren de enigste manier om lasten op deze hoogte te krijgen

Deze exemplaren (Andalusische volbloeden)bevinden zich enkele liters zweet lager.

Volgend ontworteld exemplaar, ligt wel naast het pad wat toch scheelt.

Nog steeds volgen we het irrigatiekanaal, ondanks dat het geregeld onderbroken is samen met ons pad ,staat er soms nog  wat water in van de afgelopen dagen. Tot groot jolijt van deze kwaker.

We naderen opnieuw Bérchules en ontmoeten deze jongeling met een stevig hond bij zich. Als ik het goed heb begrepen, mijn Spaans is niet zo best, is deze viervoeter een kruising tussen een Mastino Espagnol en een Chowchow. Stevige kerel.

We naderen de eerste huizen van Bérchules.

Op een ietwat rare manier eindigt deze sendero local. Wat jullie niet zien dat achter mij en achter de muur met de vensters zonder ramen het irrigatiekanaal loopt. een trouwe metgezel op deze tocht.

Wij zetten onze tocht voort langs de nauwe straatjes terug naar El Paraje. Stilaan komen we tot het besef dat we toch een paar grote risico’s hebben genomen en zijn blij dat we het zonder kleerscheuren hebben afgebracht. Verder hebben we wel volop genoten van een prachtige wandeltocht door wondermooie  natuur met eigenaardige ontmoetingen allerhande.

De tijd staat niet stil en inmiddels is het al 19u30 voorbij. Wij willen naar Cadiar gaan avondeten en zetten er dus flink de pas in.

Al pueblo por la pista (verlof Andalusië juni 2010)

Zondag 13 juni 2010

Na onze inspanningen van gisteren tussen Timar en Juviles besluiten we vandaag het wat kalmer aan te doen. Ik zoek in de wandelmap van El Paraje naar een kortere tocht. De bedoeling is om kort na de middag terug te zijn daar er regen voorspeld wordt. Walter raadt ons tocht 5 aan. Al pueblo por la pista. Naar het dorp langs de onverhard weg. Op de kaart toont hij mij hoe we een moeilijker stuk kunnen vermijden. Na al de regens van het voorjaar en de strenge voorbije winter, weet hij niet zeker of de oversteek van de Barranco de Caïro goed te doen is.

We vertrekken opnieuw vanuit El Paraje. Over een brede pista gaat het vlug omhoog.

In de verte een vrij modern gebouw, eerder raar op deze hoogte.

Bomen komen, bomen gaan…

Ondanks de hoogte heeft het hier veel van een heidelandschap.

Ietwat voor de Barranco de Caïro hebben we enkele ontmoetingen. Een loslopend paard dat we stilletjes voorbijsluipen. Veerle heeft het zo niet voor onze edelste verovering als die losloopt. Vervolgens komen we langs deze woonst. In tegenstelling van de jonge hond…

…die ons nieuwsgierig aanstaart, is de bewoner nors en gunt ons geen blik. Ik kan er inkomen als je je dagen in deze berghut moet slijten je het niet zo hebt voor toeristen.

Ondertussen is het een dikke trui koeler geworden en wordt de lucht(niet de homo wandelarus) alsmaar dreigender.

Toch blijft de omgeving aantrekkelijk.

Plots horen we een gek geluid. Het komt van schaapbellen. Een kudde glijdt als een zwerm over de velden opzoek naar wat gras.

Wat later kruisen we hun pad.

Hun begeleider is gemuilkorfd.

Inmiddels hebben wij de afdaling naar Bérchules ingezet. Ook dit veulen kan zijn nieuwsgierigheid niet bedwingen en komt naar ons toe. Dit exemplaar zit veilig achter een omheining. Veerle kan dit ten zeerste appreciëren.

Typisch voor de streek deze schouwen met hoedjes. Even verdenk ik de plaatselijke bevolking om er een schepje bovenop te doen en er een paar dummy’s tussen te plaatsen. Niet mooi van mij. Verwend als we zijn beschikken wij thuis over een centrale  verwarming. Maar hier hebben verschillende kamers hun kachel of stoof en zodoende ook hun eigen schouw. Bij deze excuus.

Veerle valt voor de tegels waar mee ze hier hun ingangshal versieren.

Proper en net.

We wandelen verder en stoppen op het dorpsplein om in een café een carraghilio (koffie met anijs) te drinken. We zitten nog maar juist als er een hevig onweer losbreekt. Zie ook hier de tegeltjes rondom.

Na de stortbui keren we terug langs de A 4130 en hopen zo snel terug in El Paraje te zijn alvorens de hel opnieuw losbreekt. Onderweg zien we dat de schapen ook goed en wel in hun schaapstal zijn toegekomen.

Juist buiten het centrum een gerestaureerde dorsvloer die zowel als mirador (uitkijk) dient als landingsplaats voor helikopters. Van hier is het nog maar even tot El Paraje ons veilig nest hier in het hoge Sierra Nevada.

Ondanks het mindere weer hebben we weer volop genoten van deze tocht. Het vrij gemakkelijk parcours maakte dat we gezellig konden keuvelen en genieten van het mooie landschap. We zagen een loslopend paard, een kudde schapen en heel verrassend een vos achtervolgd door een waakhond.  De bergen en zijn bewoners ze zijn zo puur, zo echt.

Las Acequias de Berchules (Verlof Andalusië juni 2010)

Maandag 7 juni 2010

Inmiddels zijn we al de derde dag in El Paraje. Stilletjesaan begint het ons te dagen. Dit wordt geen fietsvakantie. We zitten hier in het hooggebergte. Bérchules ligt  zo”n 1380 meter hoger dan de zeespiegel.  Verder dient er zo’n goed uur gedaald worden om uit de Sierra Nevada te geraken. Onze fietsen gaan wat op stal. Walter onze gastheer weet ons te overtuigen en we rijden naar Cadiar. Aldaar kopen we ons ieder een stevig paar “botinnen”. We wachten tot na 18u als de grootste warmte voorbij is om naar Bérchules te rijden. Gewapend met een kaart uit de map die beschikbaar ligt in El Paraje starten we onze eerste bergtocht.

Dit sterk stijgend straatje (de streek is er hier van vergeven) is het begin van een plaatselijk “sendero” .

We stijgen snel het dorp uit, ondanks dat onze conditie door de intensieve training er mag zijn, puffen we snel van de warmte en de ijle lucht op deze hoogte.

In diezelfde warmte en zuurstofarme lucht zwoegt een ganse familie voort in het opbinden van planten.

Het leven in de bergen is niet altijd om te lachen.

Mastin Espagnol, niet om zonder handschoenen….

De wandeling voert ons langs ouder buiten gebruik zijnde bouwsels.

en zijn ze dan al in gebruik dan zijn ze zo mogelijk nog vreemder. Lijkt me wel niet het leukste plekje om je boterhammetjes binnen te spelen.

Soms is het toch zoeken, ondanks een nauwgkeurige beschrijving.

Na een uurtje klimmen en klauteren bereiken we het eeuwenoude irrigatie-netwerk

We blijven deze kanaaltjes volgen.

De natuur is hier wondermooi, het lijkt hier nog volop lente.

Mooie vergezichten…

…klaterende bergbeekjes.

Overblijfselen van een herderswoning of stal, wie zal het zeggen?

Distels, met hun paarse bloemen lokken ze bijen en andere insecten. Zoals onze benen en armen.

Ook deze klaproos maakte de tocht naar boven.

Ondertussen voert het pad ons terug naar Bérchules waar we samen aankomen met deze berggeiten.

De avond brengt koelte en dit lokt mensen naar buiten om wat bij te praten.

Maria kan hier ook op een stevige aanhang rekenen.

Nog even onze garmin uitdoen en deze mooie tocht zit erop. Om te beginnen was dit een leuke tocht. We zijn even het spoor bijster geraakt maar hebben in grote lijnen deze bergwandeling afgewerkt. Wat hebben we genoten dit vraagt naar meer.

Schoorsteen typisch voor de streek.

Over deze tocht kan je meer te weten komen op de site van El Paraje. Het is wandeling 21.

Blog op WordPress.com.

Omhoog ↑

%d bloggers liken dit: