Van Santa Bianca over Finale Emilia naar Cento en terug via Bondeno (Verlof Emilia – Romagna mei 2011)

Woensdag 25 mei 2011

Inmiddels zijn we al 2 weken en een half in Lido delle Nazione. Dit badstadje is onze uitvalbasis om Emilia-Romagna en omliggende te ontdekken. We hebben het hier reuze naar onze zin. Waar een bergstreek  zeer authentiek is, beknot het ons wat in onze mogelijkheden. Maar hier in de polders van de Po-Delta komen we serieus aan onze trekken. Fietsen, lopen en wandelen het kan hier allemaal. Als we dan nog prachtig weer voorgeschoteld krijgen kan de boel niet meer stuk. Daarbij zijn we slechts op een uur rijden (op ’t gemakske) van Ravenna en Ferrara, 2 mooie provinciale stadjes die een bezoek zeker waard zijn. Ietwat verder zo’n 120 km liggen Bologna en (last but not least) Venetië.  Emilia-Romagna is niet Toscane maar veel scheelt het niet of het zou in de prijzen moeten zijn. Goed na deze ode terug terzake. In “Panoramic wheels” de brochure met fietstochten rondom Ferrara vind ik nog een mooie route. “The lands of the Alto Ferrara” ik pas ze wat aan, de tocht van Ferrara tot Bondeno deden we al eerder bij het fietsen van de “Burana’s great loop of water”. Dus kies ik als start Santa Bianca. Het zal jullie dan ook niet verbazen als we zo rond 14u30 dit dorpje binnenrijden. Ruim laat maar we zijn nu éénmaal met verlof.


In Santa Bianca laten we er geen gras over groeien, op een wip zijn de fietsen van het dak en wij van start. De kerken hebben hier zo een specifieke bouwstijl. Zeer clean met die pastelkleuren.
We cirkelen even rond voor we op het goede spoor(lees track) zitten.
Hoe meer we deze brug oversteken hoe warmer het wordt. Letterlijk en figuurlijk.
Willens en wetens wijken we even af van de tocht om dit mooi gebouw (energiecentrale) te bewonderen.
We keren terug naar de boorden van de Panaro. De dijken van deze rivier verheffen zich boven de polders. Vandaar dat we neerkijken op dit boerenhof letterlijk dan.
Op deze serres is het dan weer figuurlijk. Sinds Andalusië krijg ik de huiver op het lijf als ik serres zie. Ze kunnen een hele regio naar de knoppen helpen.
Maar we laten het niet aan ons hart komen en fietsen lustig door. Algauw zijn we in Finale Emilia. Een mooie provinciestadje waar we echter snel door zijn.

Opnieuw zoeken we de boorden van de een waterweg op. We volgen de loop van de “Canale Foscaglia”  wat ook weer leuk neerkijken met zich mee brengt.
Ook hier zijn de polders vruchtbaar en wordt er volop aan landbouw gedaan.
Welvarende streek.
Stilletjes aan begint het ons te dagen we zijn wat van de route afgeweken.
Maar zodoende fietsen we langs het mooie Palata Pepoli. Leuk dorp leuke naam.

Ik had het al over de landbouw in deze streek.

Door de omweg komen we langs Galeazza met het mooie, imposante Castello.
Buiten het kasteel kan Galezza zich ook beroemen op een mooie toren en de typische streekkerk. Ja ze zijn daar goed bezig.
We zwerven verder richting Cento en bewegen hemel en aarde om opnieuw met de route en zijn track aan te knopen. We doorkruisen het centrum van Renazzo.
We blijven onze tocht vervolgen en via enkele leuke wegjes bereiken we Cento.
De San Lorenzo-kerk, tja nog maar eens wat kleur en stijl betreft zoeken ze het hier niet te ver.   Wel mooi!
Op hetzelfde plein het prachtige stadshuis. In Italië kunnen ze er toch wat van.

Maar het pittoreske stadje wordt overheerst door het “Rocca” Een versterkte burcht uit de 15de eeuw.
Eens buiten het historische centrum blijkt Cento ook nog een kleurrijk stadje te zijn.
We verlaten het mooie Cento en beginnen aan de terugtocht.
Over rustige wegen en langs kalm kabbelende beekjes fietsen we door.
Langs mooie landhuizen…
witroze kerkjes (in Dosso) gaat het verder terug naar Santa Bianca.

Het blijft rustig fietsen en het landschap is vol afwisseling.
De zon trekt zich langzaam terug achter de einder wat meer warmte geeft aan het licht dat zij uitstraalt.
Het “golden hour” heeft iets weemoedig maar levert prachtige beelden.
We bereiken het “Cavo Napoleonico“. Van nu af aan gaat het in sneltreinvaart. Inderdaad we willen kost wat kost voor donker (lampjes niet mee!!) terug in Santa Bianca zijn. Veerle en ik maken er een echte tijdrit van en fietsen zodoende voorbij een brug die we moesten oversteken naar Santa Bianca. Door deze onoplettendheid bereiken we Bondeno, waar we even schrik hebben om in het donker verder te moeten. Nu kloppen we alle records en tegen een 35km/u razen we naar Santa Bianca. Juist voor het donker thuis. Flink zo.

Opnieuw een prachtige tocht achter de rug. De laatste grote fietstocht van dit verlof. Morgen gaat het naar Bologna en daarna is het bijna tijd terug naar huis te keren.

Enkele interessante links:

Dienst Toerisme van Emilia-Romagna: (buiten Italiaans ook in het  Engels)

città d’arte: mooie site over de 10 kunststeden van Emilia-Romagna

CYCLE-R: heel interessante site over het fietsen in en rond de kunststeden van Emilia-Romagna

Panoramic wheels heel interessante site over het fietsen in Emilia-Romagna, veel routes met beschrijvingen en gps-tracks.

ItaliaOutdoors: Opnieuw een boeiende site over het noordoosten van Italië, voor al wie er graag te voet of met de fiets op uittrekt

Via Comacchio naar Lagosanto en terug (Verlof Emilia-Romagna mei 2011)

Zondag 22 mei 2011


Nu al 2 weken verblijven we in “Lido delle Nazione” één van de badplaatsjes van Comacchio.  Het blijft zomeren wat op een zondag veel volk naar de kust lokt.

 

De villa rechtover de onze blijkt uitgekozen door een Milanese motorclub voor een barbecue. We zijn getuige van hoe breedstappende vijftigers elkaar innig omhelzen en hun blijdschap om het weerzien luidruchtig kenbaar maken. Verder allemaal onschuldig, maar wij besluiten dit schouwspel geen ganse dag te aanschouwen en besluiten onze, ietwat minder imponerende tweewielers (ook al zijn het giants) van stal te halen.

 


Wij kiezen voor een tocht in het hinterland. Het doel staat nog niet vast maar we fietsen over Porto Garibaldi naar het mooie Comacchio.

 

In eerste instantie besluiten we naar Ostellato te fietsen. Maar algauw blijkt dat de SP1 een te drukke verkeersweg is en wijken we uit naar  Lagosanto.

 

De polders van de Po-delta worden bevloeid door een netwerk van kanaaltjes.

 

Langs deze moderne, strakgelijnde kerk rijden we Lagosanto binnen.

 

Een gezellige drukte overvalt ons, het is hier duidelijk kermis.

 

Je kan er een karikatuur van je laten maken.

 

Het plaatselijke koor kweelt er lustig op los.

 

Terwijl de jeugd zotte toeren uithaalt op deze draaimolen. Vandaag vieren ze in Lagosanto de aardbei. Deze vrucht wordt hier volop geteeld. Tja waar is dat feestje? Hier is dat…

 

Door het stadspark wandelen we terug …

…naar het centrum.

Na een hele ongevraagde uitleg  over de te volgen  weg van een ingeweken Duitser,  nemen  we er onze fietsen en keren terug naar Lido delle Nazione.

Even voor San Guiseppe zien we deze bushalte, aangepast aan de wensen van de plaatselijke busgebruikers.

Als we terug thuis zijn blijken de motorrijders verdwenen en is de rust teruggekeerd.

Enkele interessante links:

De website van Comacchio

Dienst Toerisme van Emilia-Romagna: (buiten Italiaans ook in het  Engels)

Toerismebureau van Comacchio in het Engels en Italiaans. De brochure waar ik las over de abdij van Pomposa kan je er downloaden als pdf-bestand (in het Engels)

Panoramic wheels heel interessante site over het fietsen in Emilia-Romagna, veel routes met beschrijvingen en gps-tracks.

Van Ferrara naar Bondeno en langs de Destra-Po terug (Verlof Emilia-Romagna mei 2011)

Woensdag 18 mei 2011

We hebben het zeer naar onze zin hier in het zonnige Emilia-Romagna, we zijn zowat halfweg ons verlof. Dagelijks fietsen we langs de verschillende “Lidi” (badplaatsjes) die Comacchio rijk is. Ik kreeg in het toerismebureau enkele brochures waaronder Panoramic Wheels een uitgave van “Provincia di Ferrara” Daarin vind ik de “Burana’s great loop of water” een lusvormige route die van Ferrara naar Bondeno gaat en terugkeert langs de rechteroever van de Po.

Rond het middaguur staan we in Ferrara onder stralende zon oog in oog met het “Estense Castelle”. We bewonderen even deze machtige burcht en zetten ons op weg.

Vanuit het centrum van Ferrara moeten we naar het Burana fiets/wandelpad. Nu, dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan. Ik bespaar jullie de beelden van industriewijken, grote verkeerswegen enz… die we kruisten alsook de krachttermen die elke rechtsomkeer vergezelden. Eén opsteker, verscheidene keren zijn we geholpen door supervriendelijke Italianen. Op het einde nemen 2 Italiaanse fietsers ons op sleeptouw en brengen ons bij het…

…Burana fietspad.

Het fietspad loopt naast het Burana-kanaal

Dit fiere  heerschap steekt onverstoord het fietspad over.


Af en toe fietsen we langs de achtertuin van een zeldzaam landhuis.


Over zijn totale lengte geniet het Buranapad van de schaduw van de hoge bomen die het pad omzomen. Bij een temperatuur van om en bij de 30° mooi meegenomen.


We wijken even uit naar de Diamantina, In een onooglijk gehucht vinden we er…


… een mooie abdij.


Ze bestaat uit goed onderhouden gebouwen.


Volgend weekend beginnen er festiviteiten.


Even de Garmin checken en we keren terug naar het Burana-pad.


We passeren nog eens het mooie kerkje en kieken het nu langs de zijkant.


Ook op het Buranakanaal wordt er gevist met grote netten.


Bij het naderen van Bondeno steken we het “Cavo Napoleonico“via een oude, buiten gebruik geraakte spoorwegbrug.


Door de buitenwijken fietsen we verder naar Bondeno.


Dit mooi barokke kerkje en…


…landhuis hadden we nooit mogen tegenkomen. Nee want hier zijn we al afgeweken van de tocht. Ik bespaar jullie de krachttermen…


Na wat zoeken en zuchten…knopen we in Ospitale (dank u Garmin) opnieuw aan met de tocht.


We fietsen er de dijkweg van de Panaro op. Deze dijkweg maakt deel uit van de FE 20 Destra Po.


De route verlaat wat verder de loop van de Panaro ondertussen passeren we enkele pittoreske dorpjes.


Na zo’n half uurtje peddelen zoeken we de Panaro weer op, juist voor ze in de Po uitmondt.


Ook hier hebben we een polderlandschap. Velden en boomgaarden wisselen elkaar af.


Aan de ander kant bekoort de machtige rivier ons met prachtige vergezichten.


Maar het fietspad slingert zich verder …

Juist voorbij de autostrada Bologna – Padova fietsen we langs deze schaapkudde.


Pontelagoscuro dient zich kleurrijk aan. Toch is het hier door wegenwerken opnieuw zoeken om de route te volgen. Ik bespaar jullie….

Het wordt wel heel kleurrijk aan het “Teatro Nucleo” dit theater schuilt achter een wel heel fantasierijke gevel.

In het volgend filmje krijgen we een kijk hoe deze gevel van gedaante veranderde.

Rare jongens…die Italianen.


In Francolino verlaten we de Fe20 Destra-Po en zwenken richting Ferrara via de FE203.

Even uitwijken voor deze watertoren.

Waarna we op een wip terug zijn aan de stadswallen van Ferrara.


Hier zetten we de fietsen terug op ons A-ken, zoeken een restaurant waar we iets eten waarna we wat rondwandelen in het mooie historische centrum.


Palazzo Municipale badend in het oranje zonnelicht.


Ook de gevel en de…


en de mooie toren van de Cathedrale kleuren rozerood in de avondgloed.


Nu valt de avond snel en in het halfduister spoeden we ons terug naar ons A-ken. Er staat ons nog zo’n rit van 50km huiswaarts voor de boeg.

De rit zo’n 70km lang (we hebben nogal eens op onze stappen moeten terugkeren vloek!!) is zeer boeiend het grootste deel, langs de Destra-Po, liep over gravel en bood nogal weerstand. We zijn, eens terug thuis, snel onder zeil en genieten van een welverdiende rust.


Enkele interessante links:

Visita Ferrara: een mooie site over de bezienswaardigheden van Ferrara

Dienst Toerisme van Emilia-Romagna: (buiten Italiaans ook in het  Engels)

città d’arte: mooie site over de 10 kunststeden van Emilia-Romagna

CYCLE-R: heel interessante site over het fietsen in en rond de kunststeden van Emilia-Romagna

Panoramic wheels heel interessante site over het fietsen in Emilia-Romagna, veel routes met beschrijvingen en gps-tracks.

ItaliaOutdoors: Opnieuw een boeiende site over het noordoosten van Italië, voor al wie er graag te voet of met de fiets op uittrekt

Naar de Manifaturra dei marinati (verlof Emilia-Romagna mei 2011)

Dinsdag 17 mei 2011

We verblijven nu al zo’n 10 dagen in Lido delle Nazioni, een kuststadje aan de Adriatische kust in Noord-Italië. We hebben het hier reuze naar onze zin. Haast dagelijks fietsen we langs de kustlijn. Tevens bezochten we al Ravenna en Ferrara 2 mooie steden met een prachtige historisch centrum. Lido delle Nazioni maakt deel uit van Comacchio. Dit stadje heeft ook een bloedmooi centrum. Verschillende kanaaltjes doorkruisen Comacchio en geven het een uniek kader. In een brochure dat ik kreeg in het plaatselijk toerismebureau gewagen ze van de “manifaturra dei marinati” de oude marineerfabriek.  Deze marineerfabriek is nu omgeboud tot een cultuurhistorisch museum. Ik bestudeer de kaarten en besluit eens langs een andere weg naar Comacchio te fietsen.

Rond 10u fietsen we tot Lido di Pomposa waar we afdraaien richting San Guiseppe. San Guiseppe een klein gehuchtje zijn we zo door waarna we door de velden van de Po-delta fietsen. In de velden (polders eigenlijk) wemelt het van kleine kanaaltjes.

Ze dienen de polders te irrigeren en de boeren komen er hun tanken vullen waarna ze er pesticiden aan toevoegen en de gewassen besproeien.

Het blijft hier broeierig heet en op de meeste plaatsen hebben de boeren het gras al gemaaid.

Na enkele dragen drogen wordt het hooi mooi opgerold.
Wanneer we Comacchio naderen fietsen we naast de imposante Kathedraal(van San Cassione).

Voorbij de Kathedraal fietsen we door de “Loggiato dei Cappucini”. (Gaanderij der Kapucijnen) Halfweg deze gaanderij…


…bevindt zich de “manifaturra dei marinati”. De platbodems verraden dat het hier over marineren van vis zal gaan.


Binnenin liggen er enkele gerestaureerde exemplaren. Met deze platbodems bracht men de paling die uit de netten en korfen gehaald werd naar de marineerfabriek.


Nog materiaal dat daarvoor gebruikt werd.

materiaal gebruikt bij de palingvangst II.


De hal waar de paling geroosterd werd alvorens gemarineerd te worden.


Dit is nu een mooie gerestaureerde hal geworden, vrij koel gezien de temperatuur buiten. Maar voor de werklieden vroeger moet het hier hels warm geweest zijn.


Wat verder in een ruimte die nog wat restauratie kan gebruiken (alhoewel ze zo iets authentiek heeft) staan er kuipen en tonnen voor het marineren.

Op het eerste verdiep staan er enkele breedbeeldschermen waarop enkele oude documentaires getoond worden. Wil nu lukken dat ik er één van heb gevonden op YouTube. Geeft goed weer wat voor hard (over)leven het hier vroeger was. Soms zijn de beelden van mindere kwaliteit maar het is toch de moeite van het kijken waard.


Na ons bezoek aan het fijn museum zetten we onze tocht onder en langs de lange gaanderij verder. Zij leidt ons naar het “Santuario di Santa Maria in aula Regia”. Na dit ietwat frivool kerkje richten we het voorwiel naar Porto Garibaldi.


Wat verborgen achter de bomen het “Monastero di Sant Agostino” Het klooster van Sint-Augustinus geduldig wachtend op zijn restauratie.


Hopend op wat koelte fietsen we kustwaarts.


Nog maar eens passeren we de vissershutten met hun enorme netten, na het bezoek aan de manifaturra kijken we er anders tegen aan.  Nu gaat het volle snelheid naar Lido delle Nazioni om er lui in een strandstoel weg te duiken in een spannende triller. Fantastische uitvinding toch hé die vakantie!!!

Enkele interessante links:

De website van Comacchio

Dienst Toerisme van Emilia-Romagna: (buiten Italiaans ook in het  Engels)

Toerismebureau van Comacchio in het Engels en Italiaans. De brochure waar ik las over de abdij van Pomposa kan je er downloaden als pdf-bestand (in het Engels)

Parco del Delta del Po:mooie overzichtelijke site met een pagina over de Manifaturra dei marinati.

Naar de abdij van Pomposa (verlof Emilia-Romagna mei 2011)

Vrijdag 13 mei 2011

We zijn nu al een week in het zonnige Lido delle Nazioni, de dagen vliegen hier voorbij (spijtig genoeg ook de muggen). Haast dagelijks zitten we op de fiets en zwerven langs de verschillende “lidi”(badstadjes) die Comacchio rijk is. Emilia-Romagna heeft niets voor niets de drukst bezochte kust van Europa.
Begin mei is het op de zondagen na vrij rustig in deze kuststadjes.  Vandaag hebben we zin in een doelgerichte fietstocht. In Comacchio kregen we een mooie brochure over de streek (in het Nederlands!!!).  Ik heb er een route naar de abdij van Pomposa ontdekt. In een boekje over Emilia-Romagne las Veerle dan weer over paarden die van Camargue naar hier werden overgebracht. Zij wil ze zeker zien. Nu als blijkt dat deze edele veroveringen zich langs de route ophouden is de kogel door de kerk.
We fietsen naar Lago delle Nazioni. Het is iets voor 10u, om de hoogste temperaturen te vermijden vertrekken we vrij vroeg.
We nemen de baan naar Volano. Deze vrij kalme verkeersweg zit geprangd tussen het “Lago delle Nazioni” en “Valle Bertuzzi”

Halfweg wordt Veerle op haar wenken bediend. Juist op dit ogenblik merkt zij dat ze een lekke voorband heeft. Komt goed uit. Terwijl ondergetekende met rustinekes en lijm het lek te lijf gaat, kan Veerle naar hartelust de mooie paarden bewonderen en filmen. Mijn antilek-campagne haalt echter haar lens niet!!!

De tocht gaat verder, we laten Lido di Volano links liggen en fietsen door naar Volano. Even voor Volano (eigenlijk een gehucht van 2 keer niets) kruisen we een kanaal.
Ook hier is de visvangst een must met oude schuitjes of met grote netten het doet er niet toe.
Volano is zo gepasseerd. De “Torre del finanza” een gebouw stammend uit de 18de eeuw diende ooit als een soort tolhuis voor de schepen op de Po te belasten. Alleszins wat modester dan onze financietoren.
Hier begint het wandel- en fietspad FE301.
Dit fietspad loopt langs de “Po di Volano” een van de vele armen van de Po die samen de Po-delta vormen.
FE301 is een onverhard pad en de vrees voor een nieuwe lekke band bekruipt ons. Maar toch genieten we van de prachtig omgeving.

Na een flink eind doemt de toren van de abdij van Pomposa op.

Wie wil kan de tocht verder zetten tot Mesola, wij verlaten echter het pad en via de velden…

…en deze vervallen huisjes…

…komen we aan bij de “Abbazia di Pomposa“.
We kuieren wat rond en nemen wat foto’s.
En het moest er van komen, in de schaduw van de abdijtoren schuiven we aan op een terrasje van een restaurantje. We laten er ons gegrilde paling serveren, na al die vissershutten waar men op deze palingen vissen, moesten we er toch eens van proeven. Het vel is wat verschroeid maar het vlees is zeer lekker. Wel een stevig prijsje!
We keren terug naar Volano via de velden. Ondanks dat we half mei zijn lijkt het hier al volop zomer.
Maar na een tijd komen we onvermijdelijk terug op de FE301.
In Lido di Volana wijken we uit naar een weg die eerst langs de parkeerterreinen van de verlaten stranden loopt. In juli en augustus moet er hier een ongelooflijke drukte heersen, nu zie je er geen kat.

De weg loopt daarna een bos in en wordt zeer zanderig. Het wordt moeilijk fietsen er dient duchtig getrapt om toch enigszins vooruit te geraken.

Na enkele kilometers zwoegen en zweten keert het kustwaarts en wordt de ondergrond steviger. Stukken kreupelhout vergroten dan weer de kans op een lekke band. Mag er niet aan denken in deze hitte +/- 28°.
En plotseling staan we op een duin en kijken uit op de Adriatische zee. De stranden zijn hier nogal rommelig en op een naaktzwemmer na is het er nagenoeg verlaten.
We fietsen verder.
Tot het pad uitwijkt voor al deze aangespoelde bomen. 2 jaar geleden maakte we al eens kennis met dit fenomeen in Toscane tijdens het fietsen van Viareggio naar de monding van de Serchio..
Het pad, inmiddels gekrompen tot een single-track wurmt zich tussen het bos en de polders van de Po-delta een weg terug…

…naar Lido delle Nazioni, ons thuisbasis waar de riem er af gaat en we een plaatsje aan het strand zoeken om er zalig in een zetel een boek te lezen.

Enkele interessante links:

De website van Comacchio

Dienst Toerisme van Emilia-Romagna: (buiten Italiaans ook in het  Engels)

Toerismebureau van Comacchio in het Engels en Italiaans. De brochure waar ik las over de abdij van Pomposa kan je er downloaden als pdf-bestand (in het Engels)

Panoramic wheels heel interessante site over het fietsen in Emilia-Romagna, veel routes met beschrijvingen en gps-tracks.

Stadswandeling in Ravenna (Verlof Emilia-Romagna mei 2011)

Maandag 9 mei 2011
Sinds zaterdag 7 mei 2011 zijn we in Liddo delle Nazione met verlof. Dit kust- lees badstadje maakt deel uit van Comacchio. Comacchio ligt op een kleine 40 km van Ravenna dat we dan ook met een bezoek vereren.

We wandelen langs deze Mercato (koophal) naar de Piazza del Popolo.

Dit alles onder een stralende zon, leuke mix met al die gekleurde huizen en gebouwen.

Vlug kijken we even achter het plein en zien er Garibaldi op zijn sokkel. Deze held kom je zowat overal hier in de streek tegen.

Op zoek naar het toerismebureau passeren we nog eens over de Piazza del Popolo.

De terrasjes zijn hier omzoomd met mooie bloemen.

Onder het goedkeurend oog van deze gekroonde arend komen we bij het toerismebureau aan.

Deze Citroën DS roept bij mij leuke herinneringen op. Het was bij ons thuis de eerste wagen. Met 4 broers zaten wij op de immense achterbank om mee te zweven op familiebezoek enz…

Al kuierend en fotograferend komen we aan bij het eerste punt de “Basilica San Vitale.
We slenteren er wat rond.
Op deze parking tracht ik het geheel te kieken.
Via de Porta Adriana trachten we weer op ons parcours te geraken.

Maar eerst gaan we toch op zoek naar…

… een restaurantje met een leuk terrasje.

Even rusten voor de “Capella di Sant Andrea.

Daarna is het Battistero Neoniano aan de beurt.

Alles nog eens op een rijtje.

Wat verder stuiten we op de “Duomo”.
Via deze mooie galerij…
…komen we bij de Basilica di San Francesco. Meteen ook in het studentenkwartier.
Vandaar zijn we op een boogscheut van de graftombe van Dante.  Jawel die van de hel!!!

 

Dantes laatste rustplaats alhoewel ze hem graag in Florence zouden willen hebben.

Basilica di Sant Apollinare Nuovo, in deze Basiliek (amai!!! ze hebben er hier nogal wat) zijn er prachtige mozaïeken te bewonderen (zie begin van dit verslag).

In de omgeving van het station (er zijn duidelijk minder stations als kerken of basilieken in Ravenna) deze “Chiesa di San Giovanni Evangelista”.
Al dit cultuurerfgoed vraagt toch wat onderhoud en herstel.
Stilaan komt deze stadswandeling aan haar einde. Nog even het mooie, wat in de grond verzonken “Battistero degli Ariani“(doopkapel van Ariani) bezoeken.

Ook hier is er een prachtige mozaïek te bewonderen.
Hierna keren we terug naar ons A-ken en vatten de terugtocht naar Comacchio en meerbepaald Lido delle Nazione aan.  Maar eerst stoppen we nog aan  “Rocca Brancaleone“. Een wandeling in dit historisch fort is een mooie afsluiter van dit leuk stadsbezoek.

Enkele interessante links:

Een brochure met kaart van Ravenna

Dienst Toerisme van Ravenna: (buiten Italiaans ook in het Duits, Frans en Engels)

città d’arte: mooie site over de 10 kunststeden van Emilia-Romagna

CYCLE-R: heel interessante site over het fietsen in en rond de kunststeden van Emilia-Romagna

Rondom de Valli di Comacchio (Verlof Emilia Romangna mei 2011)

Donderdag 12 mei 2011

Sinds vorige zaterdag zijn we in Lido delle Nazioni, dit kust- en vooral vakantiedorpje maakt deel uit van Comacchio. Comacchio is een bloedmooi stadje in Noord-Italië aan de Adriatische kust. Comacchio ligt in de provincie Ferrara dat op zijn beurt in de regio Emilia-Romagna ligt. Al verschillende keren trokken we er al op uit met onze fietsen. Toch deze vrijblijvende, verkennende tochtjes zijn niet direct een verslag waard. Na een bezoek aan het toerismebureau bladeren we wat door de meegekregen brochures. In één ervan (in het Nederlands trouwens) stoot ik op een fietstocht: “Rondom de Valli di Comacchio”. We besluiten om er vroeg aan te beginnen. Het is zo’n 10u als we Porto Garibaldi binnen peddelen.

We kuieren even de zeepier op. Hoog op poten staan er vissershuisjes waar er met enorme netten vis wordt gevangen.

Op het strand, al enigszins in zee, is er ook enige activiteit. Visvangst op kleinere schaal?
Op dit eilandje nog een kolonie gegadigden.

Ondertussen komen de plaatselijke vissers, na een ganse nacht op zee, één voor één binnengevaren.

Na al dit moois keren we terug naar onze Giants en fietsen richting haven.

Daar kunnen de verse zeeproducten direct van de visser gekocht worden.

Zij aan zij genietend van een verdiende rust.
Ook hier op de loer.
Het zal je maar overkomen, zinken in de haven.
Ook landinwaarts lusten ze vis.
Wij verlaten Porto Garibaldi en fietsen over een mooi, rustig fietspad naar Comacchio.
Comacchio heeft een prachtig centrum. Hier de Trepponti met 5 brugbogen voor 3 kanalen.

Een web van kleine kanaaltjes baant zich een weg door het historisch centrum.

De vergelijking met Venetië is niet ver weg.

We krijgen er niet genoeg van onze kodakskes hebben het zwaar om dit alles te vereeuwigen.

De plaatselijke bevolking doet er alles aan opdat de toerist er aan zijn trekken zou komen.

Dit uiteraard tegen een billijke vergoeding.
Hou vooral de pomp in het oog.
Het aanbod aan vis wordt in een vishal verhandeld.

Zoals het een toeristische trekpleister past zijn ook hier de duiven op het appel.
Sinds enige tijd valt er mij iets op. Overal aan het strand, op straat of zoals hier op het marktplein vind je kleine groepjes (ietwat oudere Italiaanse) mannen druk staan discussiëren. De zuiderse palaber?
Hou vooral de pomp in het oog.
Na een tijdje valt onze frank of euro. De eenden die gezellig op kanaaltjes dobberen zijn plastieken exemplaren .  Waar zijn de levende? Panwaarts?
Het wemelt hier van torentjes al dan niet voorzien van een kerkje. Als je goed kijkt zie je eenden op het kanaaltje, zijn dus de plaatselijke placebo’s.
Toren-kerkcombinatie II, het wemelt hier ook nog van de TV-antennes. Tja… kabel leggen in een kanaal het zal wel niet eenvoudig zijn.

Toren-kerkcopmbinatie III.
Toren zonder kerk, misschien is bij gebrek aan pastoors het kerkje verwijdert. Waarom geen plastieken…
Toren in combinatie met… ik hou het op een administratief gebouw. Dat scheelt alweer een pastoor.
Toren- nee geen kerk… maar Kathedraal(van San Cassione) combinatie. Sleep ze maar aan die pastoors!!! Indrukwekkend vooral de toren met zijn marmeren sokkel.
Wat later ontrukken we ons aan al die historische pracht en fietsen langs de dijk van de Valli di Comacchio. Erop had iets leuker geweest.
Maar dan hadden we deze opzienbarende schuren gemist.
We fietsen het “Parco Regionale del Delta del Po” in. De delta waarin de Po zijn weg naar de Adriatische zee zoekt is dooraderd met kleine kanaaltjes die al eens uitmonden in een meertje maar vooral dienen om de velden te irrigeren.
Ondanks het bezoek aan verschillende visrestaurantjes beantwoord ik nog steeds aan de gewichtseisen van deze brug. Aan de verschrikkelijke snelheid van 5km/u steken we deze brug over. Mijn haar staat nog steeds naar achteren!!!
Ze hebben het hier wel goed te pakken. De rivierpaling is hier delicieus, heb spijt dat ik geen visgerief mee heb. Straks eens kijken in Veerle haar valies of ze geen haarnetje mee heeft.

Deze dijkjes, saskes en andere kunstwerkskes houden het waterpeil op niveau.
Na een tijdje bereiken we Sazione Foce. Hier werd vroeger paling gevangen, nu is het een centrum waar er gegeten en gedronken kan worden. Maar vooral is het een vertrekpunt waar verschillende excursies starten. Zo kan je er ook aan birdwatching doen.
We stoppen even om iets te eten om daarna onze tocht voort te zetten. Benieuwd wat er ons nog te wachten staat.
Leuk idee om de boorden met paaltjes af te zetten, misschien iets voor onze badkamer.
Variatie op hetzelfde thema.
Gewichtseisen duidelijk niet gerespecteerd.
We laten Stazione Foce achter ons.
Via een onverhard, alhoewel met deze droogte van de afgelopen weken, gaat het nu tussen het Canale Circondariale en de lagune.

Tot onze grote verbazing zien we een kolonie flamingo’s in de lagune. Er dient wel flink ingezoomd om ze wat herkenbaar op de foto te krijgen.

Als we al een huisje tegenkomen, is het een verlaten exemplaar.
In de lagune is alle menselijke activiteit  weggeëbd, rust en een pracht aan fauna en flora hebben de plaats ingenomen.
Op het kanaal gaat het opjagen van vis en andere paling gestaag door.
Over deze barage verlaten we het natuurpark en richten de steven…

…richting overzetboot die ons terugbrengt naar Porto Garibaldi.

Meteen het einde van deze leuke tocht. Veerle en ik zijn al in de ban van deze mooie streek. Dit vraagt naar nog.

Van Pontedera naar Pisa en terug (Verlof Toscane mei 2009)

Zondag 17 mei 2009

Ons verlof in Toscane is inmiddels weer al 2 weken oud. Onder een stralende zon bij zalige temperaturen genieten we volop. We lezen een boek en brengen een bezoek aan de nabijgelegen dorpjes.  Convalle plakt als het ware aan de bergwand achter onze Casa. Een stevige klim bracht ons ter plekke.

Het dorpje is een aaneenschakeling van huisjes trapjes en steegjes.

Een uitstap naar San Gimingani voerde ons naar het meer glooiende Toscane.

Wat een prachtige skyline hier.

Op dinsdagavond trokken we nog eens naar Lucca. In mei wordt Lucca veel minder aangedaan door de toeristen en is het er  zeer ontspannen kuieren.

Castel Nuovo di Carfagnana is ook een ongelooflijk mooi dorpje neergepoot op een bergwand.

s’Avonds ziet het er zo uit. We ontspannen ons maar het begint toch te kriebelen. Op de kaart zie ik dat het langs de oevers van de Arno tussen Pontedera en Pisa vlak is. Ik zie er verschillende dorpjes. Dit alles doet ons besluiten met de fietsen op het dak naar Pontedera te rijden.

Het is zowat 12u s’middags als we Pontedera binnenrijden. Pontedera is een wat grotere gemeente met een commercieel centrum.

De hoofdzetel van Piaggio is hier gevestigd ik heb er dan ook meteen een boontje voor.

Na wat rondrijden komen we vrij snel bij de Arno. De Arno is (of was)  een gevaarlijke rivier die nogal eens buiten haar oevers trad.  Het lijkt erop dat men de rivierbedding aan het verbreden is.

De Via del Tiglio voert ons landinwaarts.

De Via del Tiglio wordt ondanks het middaguur op een zondag vrij druk bereden. We verkiezen dan om een landweggetje in te slaan.

In tegenstelling is de Arno bij het naderen van Calcinaia een wijde impressionant stroom.

In Calcinaia is er feest. Een soort jaarmarkt of braderie.

Met veel kleur zoals het in Italië past.

Bevlagde straten.

We verlaten Calcinaia langs de Via Vicarese. Er rijden ons weinig auto’s voorbij en de lommerd van de hoge kruinen is welgekomen.

We naderen opnieuw de Arno, met enkele verlaten fabrieksgebouwen.

Aan de overkant op de oever lijkt het een leuke bedoening.

De Arno is hier haast onbevaarbaar.

We verkiezen de Arno nog niet over te steken en keren terug naar de Via Vicarese. Toch ook deze weg begint na een tijd te vervelen en dus zoeken we de kleine straatjes op, die door kleine dorpjes lopen.

Mooi verweerde torens zie je hier alom

Overbrugde steegjes in een buitenwijk van Cascina. Laat ons hopen voor het Mariabeeldje dat er hier nooit een mastodont van meer den 2 meter tracht door te rijden.

We fietsen opnieuw langs de Via Vicarese maar even voor het gehucht Noce slagen we af en fietsen door de velden.

Doch we snijden juist op tijd deze provincieweg weer aan om op dit mooi kerkje te stuiten. Dit bij het binnenrijden van Uliveto Terme.

En dan ineens zomaar neergepoot naast de rijbaan (gelukkig maar) deze knots van een rotsblok.

Fiat bestelwagentje, nog met de motor achterin, doet me aan mijn “nonkel Omer” denken die met zo’n Fiatje zijn klanten bediende. Dit zo’n 40 jaar geleden. Dit exemplaar lijkt haast nieuw.

In Uliveto Terme verlaten we definitief de “Via Provinciale” en onze route nestelt zich weer wat dichter bij de Arno. Dat deze laatste soms wild tekeer kan gaan blijkt uit de hoge dijk. Deze dijk leent zich ook als rustplaats waar we een kleine hap binnenspelen, ons nog eens flink insmeren tegen de brandende zon en waar we vooral…

…genieten van dit prachtig zicht.

Het is onze betrachting de Arno in zijn loop te volgen en daarbij drukke verkeerswegen te vermijden, dan laat je deze veldbaan niet liggen.

Tiens, zelfde torentje andere hoek.

Opnieuw fietsen we voorbij een piepklein dorpje ik gok op Gabella, maar het kan ook Galci of Campo zijn.

De Arno-delta leent zich voor land -en tuinbouw, hier de teelt van asperges.

Typisch beeld hier in de streek.

Aspergeteelt is intensief en kan zich in dit seizoen geen zondagsrust veroorloven. Cipressen zijn zowat de eenzaaten onder de bomen. Je moet al goed zoeken om er twee in een straal van 500 meter te vinden.

In Campo rijden we een fiets- wandelpad op dat over de rug van de dijken, die de Arno in haar wilde dagen moet bedwingen, naar Pisa leidt.

Dit pad is aangelegd met subsidies van de Europese unie.

In een schilderachtige omgeving meandert het ons met de Arno mee naar Pisa.

Aan de overkant San Lorenzo Alle Corti mmmm….smaak die klinkers.

Alsof we nog een duwtje nodig hebben om ons in de provence te voelen?

Erepodium?

Ze hebben hier toch iets met torens. Al zijn de dorpjes klein…Mezzana.

Het pad brengt ons naar de buitenwijken van Pisa, een taverne met speeltuin laat er geen twijfel over bestaan tourism is back.

Wat verder zijn we getuige van het volgend ridderspel.

Langs de stadswallen fietsen we verder naar het centrum.

Reclame voor de komende 54ste “Regatta delle Antiche Repubbliche  Marinare” wie er thuis nog een sloep liggen heeft… Luchtmatrassen zijn van deelname uitgesloten.

Op  Piazza San Gibraldi (zowat de locale d’Artagnan) smullen we van een lekkere gelatta alvorens de terugtocht aan te vatten. Ik  bespaar jullie nu de eerste kilometers van de terugtocht. Scrol wat terug en ja dat is het, de eerste kilometers leiden ons langs de heenweg terug.

Ik neem, samen met jullie mag ik hopen, de draad weer op aan de overkant van de Arno. Het heeft nogal wat aarde in de voeten gehad om eens buiten Pisa de Arno over te steken. Ik bespaar jullie de op- en afritten van pseudo-autowegen en de vrees voor het vege lijf. Maar heb het liever over dit borstbeeld ingekapseld in een banale gevel in Oratoio.

Wat verder stuiten we op een speciaal gehucht. Grote gebouwen vormen een vierkant rond de dorpskern. We trachten door te dringen naar het centrum maar dit lukt niet al te best. Dus het beste wat ik in petto heb is …

Driewielers worden ze dan nooit volwassen?

Tiens, zelfde kerk andere hoek, San Lorenzo Alle Corti mmmm….smaak die klinkers…

Inmiddels volgen we de “via di mezzo nord” bij het naderen van San Casciano zien we deze rijhuisjes.

Blijken speciale huisjes te zijn. Alleszins blijken er geen burenruzies plaats te hebben.

Er zijn veel steengroeves in de streek

Prachtige hoeve mooie bloemen.

Ook hier worden er asperges geteelt.

We peddelen lustig verder en voorbij San Frediano a Settimo keren we terug naar de dijk om op z’n rug voort te fietsen. Ook hier is met steun van de Europese Unie een fietspad aangelegd. Heerlijk fietsen!!!!

Modern gebouw ter hoogte van Marciana.

Nog steeds op het kiezelwegje inmiddels al voorbij Cascina.

Nog eens het pad.

Nog een kerk in een buitenwijk van Cascina.

.

Gezellige drukte in de volkstuintjes

Immer door de velden.

Al eens door of langs bosjes.

Steeds genietend van het prachtig landschap.

Onder een brug wiens glorietijd al een tijdje voorbij is. Wat ook haast voorbij is, is onze tocht. We verlaten het pad en via drukke verkeerswegen rijden we het laatste stuk naar Pontedera.

Hier eindigt een prachtige fietstocht. Toscane heeft prachtige steden maar ook het landelijke bekoort ons. Het fietspad op de dijkrug is echt de max en wie in de streek is en daarbij beschikking heeft over een fiets moet eens naar hier afzakken.

Na deze tocht rest er ons nog een week in dit prachtige Toscane. De fietsen blijven op stal en dus is dit het laatse verslag van onze fietsavonturen hier. We komen zeker terug……

Van Viareggio naar de monding van de Serchio (Verlof Toscane mei 2009)

Maandag 11 mei 2009.

Gisteren Moederkesdag, dat hebben we ’s avonds gevierd met een lekkere pizza in de pizeria zo’ 300m van onze casa. Inmiddels zijn we al meer dan een week in het mooie Toscane. Onder een stralende zon brachten we een bezoek aan Lucca een lief stadje waar het leuk kuieren is.

Pisa verraste ons met meer aan te bieden dan de wereldberoemde toren.

Vandaag hebben we weer zin in een flinke fietstocht. Viareggio is een kust- of havenstadje aan de Tyrreense zee. Iets voor 10u staan de fietsen op het dak van ons A-ken. De tocht naar Viareggio leidt dwars door de Alpi Apuane. Eerst klimmen we tot zo’n 600 meter hoogte waarna een lange gevaarlijke afdaling richting kust volgt.  Het is dan ook middag als we in Viareggio aankomen.

Snel fietsen we naar het strand.

Wat verder kruisen we een kanaaltje dat naar de haven leidt.

De visvangst wordt gekuist op een gemoedelijke wijze.

Een allegaartje van vissersboten en plezierjachten.

In Viareggio zijn er een paar scheepswerven gespecialiseerd in luxejachten. Wat we hier voorgeschoteld krijgen grenst aan het ongelooflijke. Zowat alle rijken op onze aardbol komen hier hun vaartuigen ophalen.

Zie je wat ik bedoel. Het is misschien op deze foto niet direct te zien, maar onder de opstaande klep staat nog een motorboot.

We verlaten de haven en Viareggio en zetten onze weg voort langs grotendeels verlaten stranden. Het hoogseizoen moet er nog aankomen.

Voorbij de stranden trekken we het Parco di Migliarino-San Rossore-Massaciucoli (vraagt mij niet dit uit te spreken maar een italiaan doet dit in een fractie van een seconde).

Dit park of natuurgebied doet me veel aan de côte sauvage in Charente Maritime denken. Als je hier klikt kan je dat verslag nog eens lezen.

De natuur heeft er zijn gang mogen gaan wat voor nogal vreemde kronkels zorgt. Deze bomen staan in een wat moerassig gebied. Er zijn dan ook zeer veel muggen en voortdurend moeten we deze pestkoppen van onze benen en armen slaan.

Bij het kruisen van de “Viale John Fitzergerald Kennedy” verlaten we het bos en peddelen verder door de duinen. Meteen zijn we ook verlost van de bloeddorstige langpoten.

Een eerste kanaaltje kruist onze weg.

In de verte de hoofdleveranciers van het water dat hier naar de Tyrreense Zee loopt.

Het fietspad dat we nu al geruime tijd volgen brengt ons naar de stranden van de Tyrreense zee.

De stranden zijn er vrij wild, het ligt er vol met takken en boomstammen of -stronken. Vanwaar zijn die aangespoeld?

Al dat houtafval weert de klassieke toerist maar voor vissers is dit een paradijs.

Bij zo’n 27° aan een Tyrreens strand met zicht op eeuwige sneeuw.

Inmiddels zijn we aan de monding van de Serchio beland. Ook hier is het aangenaam vissen.

Ode aan een lekkere vissoort?

We volgen nu het grindpad langs de Serchio.

Een berkenbosje.

Brugje over zijbeek van de serchio.

Nog eens van wat verder en wat schoon volk.

Rond de beek vliegen er ook talloze muggen en is het slecht toeven. We zetten onze tocht vlug verder en nemen de Via del Mare en peddelen langs velden vol met van deze palmen.

Langs diezelfde Via del Mare een prachtige hoeve.

Er tegenover deze grote zwam.

Nu een grote leemte. Door een vergetelheid heb ik de kaarten van de streek niet in den garmin geladen. Van navigeren is er dus niet veel sprake. Orienteren is dus wat natte vingerwerk. Zodoende komen we op de SS1 terecht. Een drukke verkeersweg waar de mastodonten van trucks je haast van de weg blazen.  Zo missen we het “Lago di Massaciucolli en misschien ook enkele muggenbeten.

Maar tot Torre del lago Puccini volgen we deze troosteloze weg.

Nog even langs de spoorweg…

…en wat later rijden we Viareggio opnieuw binnen.

Veelbelovend begonnen eindigt deze tocht na zo’n 34km wat in mineur. In Viareggio is er niet zo veel meer te bekijken en als snel staan de fietsen op het dak en rijden we terug naar Trebbio. Daar richten we onze schreden naar de plaatselijke pizzeria en het duurt maar één glas bianco of we hebben opnieuw een prima humeur.

Naar de Ponta della Maddalena of de Duivelsbrug (Verlof Toscane mei 2009)

Woensdag 6 mei 2009.

Sinds zaterdag 2 mei vertoeven we in Trebbio. Trebbio is een deelgemeente van Pescaglia. Dit dorpje ligt dan weer zo’n 20 km van Lucca. De eerste dagen gaan we steden zoals Lucca en Pisa bezoeken. Het weer valt zeer mee zowat altijd temperaturen rond de 25°. Vandaag worden voor de eerste keer de giants van stal gehaald. In Borgo a Mozzano staat er een merkwaardige brug. De Ponta della Maddalena, ook de duivelsbrug genoemd, overbrugt er de Serchio.

Het is zowat 10u30 als we starten maar haast onmiddellijk stoppen we in Piegaio; In dit dorpje staat er een groot oud gebouw.

Het is mooi gerenoveerd. Tijdens deze renovatie onderverdeeld in verschillende appartementen. In een bushokje stuiten we op volgende afbeelding.

Ik gok erop dat dit Giacomo Puccini is. Deze bekende componist is van de streek en geregeld duikt zijn naam op. We duiken verder de vallei in. Links omhoog ontwaren we deze toren. Dit moet “Dezza Alte” zijn

Zo’n torens zijn hier in de streek legio.

Een zalig hoekje in Pedogna om van de mooie gezichten te genieten.

Wat verder op weg naar Dezza deze wijnranken langs de baan.

Hier in de streek wordt er geschoffeld, geplant en gegoten dat het een lieve lust is. De streek laat geen grootschalige landbouw toe. Des te meer vind je er overal kleine moestuinjes.

Ook de kleine Piaggiootjes kom je steeds weer tegen in het straatbeeld.

Op weg naar Diecimo, verscholen achter een paar rijen bomen een mooie villa, zowat een haciënda.

Bij het binnenrijden van Diecimo blijkt al snel het nut van de Piaggio-driewielertjes.

Terrasjes op de bergwanden.

De toren, in de typische vorm van de streek, van de Pievi di Santa Maria.

Eén van de kleurrijke, maar o zo smalle steegjes van Diecimo. Zie je de blauwe Piaggio ?

Bloemenwinkel, nog steeds in Diecimo.

De Fiat 500, al vind ik de onlangs uitgebrachte remake wel best geslaagd, niets gaat boven het originele.

Hebben wij hier een ontmoeting met… of een verschijning van… de Heilige Geest?

Na Diecimo verlaten we ons vertrouwde dal, steken de SP 12 een drukke verkeersweg over. Nu rijden we op een kiezelbaantje langs velden van een natuurgebied op de oever van de Serchio. De Arno is ook een rivier hier in de streek. Het is duidelijk dat men bij het naamgeven zich heeft laten inspireren door de voornamen van Vlaamse popartiesten.

Onder deze tent een bloemenwinkel, hadden het tulpen geweest had ik er een Hollander van verdacht wat bij te klussen tijdens zijn verlof.

Borgo a Mozzano meet zich wat meer allures aan.  Straten wat breder en wat grijzer.

Wat devotie in de streek betreft kan ik iedereen geruststellen. Italië en Noord-Toscane in het bijzonder moeten niet onderdoen voor Frankrijk of ons eigenste Vlaanderen. Kerken bij de vleet, kapelletjes achter elke hoek en in elk dorp of gehucht vind je een ijzeren kruis zoals dit hier.

De oorlog heeft ook hier sporen nagelaten, dus oorlogsmonumenten zijn dik gezaaid. Wie hier getriomfeerd heeft blijft een vraag, zeker niet de oorlogsslachtoffers wiens naam op dit monument prijkt.

Dit monument is duidelijk in strijd met de tand des tijds. Na dit monument in mineur naderen we het doel van onze rit.

De brug van de duivel of officieel Ponte della Maddalena. Deze brug gevormd door verschillende bogen is zowat de trekpleister van de streek Carfagnana. Over deze brug gaat er een legende dat de bouwmeester de brug niet klaar kreeg voor de afgesproken tijd. Hij ging bij den duivel ten rade, die hem hielp de brug op één nacht klaar te krijgen. Als toegift kreeg de duivel de ziel van de eerste die de brug overstak. Later kreeg de bouwmeester spijt en ging bij een bisschop om raad. Deze kwam op het idee er eerst een varken over te laten lopen. Dit maakte de duivel zo razend dat deze zich in Serchio stortte en daarna nooit meer in de streek gezien is.

We klimmen over deze, naar mijn mening, mooie brug en fietsen verder. De Serchio is hier een brede mooie rivier, tot nu was ze amper de naam van beek waardig. Maar al gauw blijkt de oorzaak.

In Borg a Mozzano wordt ze door een stuwdam flink getemperd. In middels zijn we weer de Serchio overgestoken en keren noodgedwongen langs dezelfde weg terug. Het is jullie zeker opgevallen dat de Serchio een diepe vallei heeft uitgesneden. Meteen beperkt dit sterk het aantal wegen om een tocht uit te stippelen. Het wordt dus een ticket-retour vandaag.

Deze reusachtige azalea prijkt langs de kant.

Opnieuw kiezen we om de saaie, soms gevaarlijke SP12 te vermijden en peddelen weer door het natuurgebied.

Deze zee van klaprozen vermengd met een wolk witte bloemen tegen een achtergrond van verschillende tinten groen dwingen mij tot deze foto.

Dan volgende ontmoeting, de afwezigheid van koeien, schapen en ander vee is hier frappant. We zijn dan ook zeer verrast als na een flauwe bocht deze kudde ons pad kruist.

De verassing is echter compleet als we wat later de herderin en haar herdershond ontmoeten. Zelden zag ik zoveel karakter in één persoon.

Opnieuw rijden we Diecimo binnen en ontdekken deze geknotte… (lijkt me geen wilg).

Even voor Dezza wordt aan mijn voorliefde voor de piaggio-driewielers voldaan. Nu gaat het flink omhoog. Al onze energie wordt opgeslorpt om de trappers rond te krijgen.

Dit sober kapelletje, zo’n 200 meter van onze “Casa Paola” het huisje dat we huren, luidt voor ons het einde in van een 8km lang klim.

Casa Paola waar we gedurende 3 weken onze stek hebben.

Het is haast 16u als we opnieuw thuis zijn. Flink in het zweet, dus nemen we eerst een verkwikkende douche alvorens van een stevig bord pasta te genieten. Onze eerste fietstocht in deze streek is een meevaller. Deze bergachtige streek Alpi Apuane, verschillend van het glooiend Toscane zoals aangeboden op vakantiebrochures, leent zich niet direct tot recreatief fietsen. Het is eerder een uitdaging voor goed getrainde wielertouristen op vederlichte koersfietsen, die we hier dan ook veel zien voorbijfietsen. Toch hebben we een leuke tocht achter de rug met verassende ontmoetingen in deze ietwat ruwe maar o zo mooie streek.

Blog op WordPress.com.

Omhoog ↑

%d bloggers liken dit: